Wij maken op onze website gebruik van functionele en privacyvriendelijke analytische cookies om onze website te verbeteren. Indien u klikt op 'accepteren en doorgaan' tonen wij ook een social media button/feed. Aanbieders van die buttons kunnen cookies plaatsen ter herkenning. Wilt u dit niet? Kiest u dan voor 'geen social media buttons'. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.
Naast grond- en oppervlaktewater is er een derde bron die in delen van Nederland wordt gebruikt voor de productie van drinkwater: oevergrondwater. Dit gebeurt langs de oevers van de grote rivieren in het westen van het land, met name door drinkwaterbedrijf Oasen. Algemeen directeur Walter van der Meer vertelt meer over de specifieke voordelen en knelpunten bij deze vorm van waterwinning.
In laaggelegen veenweidegebieden van ons land kan niet op grote schaal grondwater worden gewonnen, bijvoorbeeld vanwege de aanwezigheid van brak water in de diepe ondergrond. Bij de winning van oevergrondwater bevinden de winputten zich relatief ondiep in de grond vlak achter een dijk, dus op korte afstand van een rivier. Door hier water op te pompen wordt er rivierwater als het ware horizontaal door de bodem naar de winput getrokken. Deze bodempassage heeft – net zoals infiltratie in de duinen – een zuiverende en stabiliserende werking op het oppervlaktewater.
Van der Meer: 'Oasen is actief in het Groene Hart van de Randstad, rondom Gouda en Alphen aan den Rijn. Wij zien in dit gebied op langere termijn een flink toenemende vraag, door de bevolkingsgroei en woningbouwplannen, maar ook door de klimaatverandering en de groei van de economie. Dat betekent dat wij nieuwe productielocaties nodig zullen hebben en dat er dus waterwingebieden moeten worden aangewezen en ontwikkeld. Daarvoor is ruimte nodig, zowel boven- als ondergronds. Daarnaast hebben wij te maken met de nationale plannen voor het realiseren van Aanvullende Strategische Voorraden (ASV's) van grondwater. Daarbij is het de bedoeling dat deze niet samenvallen met ondergrondse activiteiten zoals geothermie en warmte-koudeopslag. Een van de uitdagingen voor de komende jaren is dus het leggen van deze puzzel, samen met de rijksoverheid, de provincies en de gemeenten.'
Lees verder in Waterspiegel 2, juni 2021
Dit artikel verscheen eerder in de Waterspiegel
Voorzitter IPO, Jaap Smit, over wat de provincies nodig hebben om de uitvoering van Rijksprogramma’s zoals NOVEX en NPLG in goede banen te leiden. De rijksoverheid legt bij de provincies een grote verantwoordelijkheid neer voor de uitwerking en implementatie van rijksbeleid, zoals de woningbouwplannen, de Nationale Omgevingsvisie Extra (NOVEX) en het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG). Hoe kijken de provincies aan tegen deze uitdaging? Voorzitter Jaap Smit van IPO over wat de provincies nodig hebben om dit in goede banen te leiden.
Jelle Hannema (bestuurslid Vewin en directievoorzitter Vitens) en Dirk-Siert Schoonman (lid van het dagelijks bestuur van de Unie van Waterschappen en dijkgraaf van Waterschap Drents Overijsselse Delta) maken een jaar na het verschijnen van het gezamenlijke pleidooi ‘Water verbindt’ de balans op van deze oproep om water sturend te maken in de ruimtelijke ordening.
Het is urgent om alles op alles te zetten om de KRW doelen voor drinkwaterbronnen uiterlijk in 2027 te halen; neem hiervoor extra maatregelen.