De
Tweede Kamer heeft vandaag besloten dat de kwaliteit van drinkwaterbronnen niet
door verzilting achteruit mag gaan. De kamer heeft een motie aangenomen die
ervoor zorgt dat verzilting van innamepunten voor drinkwaterproductie niet
boven de norm mag komen. Vewin vindt het een goede
zaak dat er voldoende zoet water aanwezig blijft voor de drinkwaterproductie.
Het Tweede Kamerlid Geurts
(CDA) wil duidelijkheid voor de drinkwaterbedrijven met betrekking tot
verzilting. De drinkwatervoorziening is in de deltabeslissing Zoetwater benoemd
als cruciale functie die beschermd moet worden. De klimaatverandering en
ingrepen in het watersysteem hebben effecten op de verzilting van de
innamepunten voor de drinkwatervoorziening. Drinkwaterbedrijven moeten voor de
juiste investeringsbeslissingen duidelijkheid hebben over de zoutconcentratie
bij de innamepunten op de lange termijn. De aangenomen motie vraagt het kabinet
dan ook om de voorspelde verzilting boven de wettelijke norm van 150 mg per
liter bij innamepunten voor de drinkwatervoorziening aan de Lek, de Noord, de
Nieuwe Maas, het Amsterdam-Rijnkanaal en het Lekkanaal te voorkomen. Dat kan
onder meer door juiste waterverdeling met behulp van onder andere stuwen en
sluizen.
De
motie van de Tweede Kamerleden Jacobi (PvdA) en Hachchi (D66) om richting te geven
aan het Deltaplan Zoetwater en Waterkwaliteit is aangehouden. Ook willen Jacobi en Hachchi dat de regering de
doelen uit de Natuurambitie Grote Wateren vertaalt in concrete acties. Deze
motie is aangenomen.