Wij maken op onze website gebruik van functionele en privacyvriendelijke analytische cookies om onze website te verbeteren. Indien u klikt op 'accepteren en doorgaan' tonen wij ook een social media button/feed. Aanbieders van die buttons kunnen cookies plaatsen ter herkenning. Wilt u dit niet? Kiest u dan voor 'geen social media buttons'. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.
Op 1 juni vindt een debat plaats over de wijziging van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden, waarmee de wettelijke grondslag voor maatregelen inzake het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen buiten de landbouw wordt geregeld. Dit is nodig omdat op 24 november 2020 het Gerechtshof in Den Haag het verbod op professioneel gebruik van gewasbeschermingsmiddelen buiten de landbouw onverbindend heeft verklaard vanwege het ontbreken van een wettelijke grondslag. Vewin betreurde destijds deze uitspraak omdat het belangrijk en wenselijk is om in de openbare ruimte geen schadelijke bestrijdingsmiddelen toe te passen. Bestrijdingsmiddelen kunnen het grond- en oppervlaktewater en ook de bronnen voor drinkwater verontreinigen. Daarom vraagt Vewin aan de Tweede Kamer om het verbod weer te herstellen.
Met de voorgestelde wetswijziging wordt een wettelijke grondslag opgenomen voor het verbod op het professioneel gebruik van gewasbeschermingsmiddelen buiten de land- en tuinbouw. Ook wordt er een grondslag opgenomen voor een eventueel gebruiksverbod voor particulieren. Het eerdere verbod was effectief: bij innamepunten voor drinkwater was sinds de start ervan een afname van de aanwezigheid van bestrijdingsmiddelen zoals glyfosaat in het water te zien. Behalve aantoonbare effectiviteit voor verbetering van de waterkwaliteit, heeft Vewin nog een aantal andere argumenten om voor herstel van het verbod te pleiten:
De Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur (RLI) heeft vandaag een rapport gepubliceerd waarin staat dat met het huidige Nederlandse beleid de doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) in 2027 redelijkerwijs niet meer gehaald kunnen worden. Sterker nog, volgens de raad zijn de KRW-doelen ook na 2027 waarschijnlijk niet te realiseren zonder aangescherpte beleidsaanpak.
Op 23 februari vond het Kamerdebat over het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) en de stikstofproblematiek plaats. Tweede Kamerlid Tjeerd de Groot (D66) diende mede namens Thom van Campen (VVD) een motie in die de regering oproept de bestaande doelen voor het verminderen van verontreiniging van drinkwaterbronnen met nitraat en bestrijdingsmiddelen als randvoorwaarden mee te nemen in het NPLG.
Vewin ondersteunt de EU-Bodemrichtlijn maar pleit voor een link met (grond)waterkwaliteit t.b.v. de drinkwatervoorziening.