Wij maken op onze website gebruik van functionele en privacyvriendelijke analytische cookies om onze website te verbeteren. Indien u klikt op 'accepteren en doorgaan' tonen wij ook een social media button/feed. Aanbieders van die buttons kunnen cookies plaatsen ter herkenning. Wilt u dit niet? Kiest u dan voor 'geen social media buttons'. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.
Het recente (concept) besluit van de Europese Commissie inzake de Nederlandse derogatie van de Nitraatrichtlijn onderstreept dat er in ons land nog veel moet gebeuren om de belasting met nitraat terug te dringen en de waterkwaliteit te verbeteren. Dat geldt zeker ook voor een groot deel van de grondwaterbronnen voor ons drinkwater. Het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) en de uitwerking daarvan in gebiedsprogramma’s bieden volgens de drinkwatersector een uitgelezen kans om deze waterkwaliteitsproblemen op te lossen.
Voor de drinkwatersector zijn een goede beschikbaarheid en kwaliteit van de bronnen – grond- en oppervlaktewater – essentieel. Beide staan onder druk. Bij veel grondwaterwinningen is sprake van hardnekkige problemen die samenhangen met de belasting van drinkwaterbronnen door nitraat. Op het vlak van nitraat is eind 2017 een bestuursovereenkomst gesloten tussen LNV, IenW, IPO, LTO en Vewin. Deze heeft als doel om te zorgen dat in 34 kwetsbare grondwaterbeschermingsgebieden (waar water wordt onttrokken voor drinkwaterproductie) de nitraatconcentraties in het ondiepe grondwater uiterlijk in 2025 blijvend onder de wettelijke norm van 50 mg/l zijn. Hiervoor is een (vrijwillige) gebiedsgerichte aanpak uitgewerkt, die gedeeltelijk resultaat heeft gehad. Naar verwachting wordt het doel in een groot deel van de gebieden echter niet bereikt.
De ambitie van het kabinet is de doelen van de Kaderrichtlijn Water en de Nitraatrichtlijn in 2027 te halen. Eerder is vastgesteld dat de maatregelen uit de nieuwe Stroomgebiedbeheerplannen en het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn daarvoor onvoldoende zijn. Vewin heeft daarom met waardering kennis genomen van het voornemen om het NPLG, en de voorziene uitwerking in gebiedsprogramma’s, ook te benutten voor het realiseren van de KRW-doelen, waaronder die voor drinkwaterbronnen. Volgens Vewin is dit dé voor de hand liggende route om door te pakken in de komende jaren en het probleem echt op te lossen.
Dat vereist dat de geformuleerde doelen op het vlak van nitraat in water worden opgenomen in de NPLG-brief, waarmee in oktober richting provincies nadere structurerende keuzes en (regionale) doelstellingen zullen worden aangegeven. Vervolgens moeten in de provinciale gebiedsprogramma’s maatregelen worden opgenomen waarmee de kwaliteitsdoelen bij drinkwaterbronnen aantoonbaar kunnen worden gehaald:
Download standpunt
Sinds half mei is in Nederland geen neerslag gevallen. Het neerslagtekort is opgelopen tot ruim boven de mediaan. Ook voor de komende periode wordt geen neerslag verwacht en blijven de temperaturen hoog. Daardoor neemt het neerslagtekort verder toe tot waarden boven die van de 5% droogste jaren.
Op 12 mei hebben Kamerleden van de Vaste Kamercommissies van Infrastructuur en Waterstaat en van Binnenlandse Zaken een werkbezoek gebracht aan de Nederlandse drinkwatersector, op een productielocatie in Scheveningen. Peter van der Velden (voorzitter Vewin) en Wim Drossaert (directeur Dunea) hebben de Tweede Kamerleden welkom geheten. Bij dit bezoek stond ‘de toekomst van ons drinkwater’ centraal. Vewin heeft hierbij aangegeven voor welke uitdagingen de drinkwatersector staat als het gaat om zekerstellen van de drinkwatervoorziening.
Vewin ondersteunt de EU-Bodemgezondheidswet en geef aandacht aan schoon (grond)water t.b.v. de drinkwatervoorziening.