Wij maken op onze website gebruik van functionele en privacyvriendelijke analytische cookies om onze website te verbeteren. Indien u klikt op 'accepteren en doorgaan' tonen wij ook een social media button/feed. Aanbieders van die buttons kunnen cookies plaatsen ter herkenning. Wilt u dit niet? Kiest u dan voor 'geen social media buttons'. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.
Op 17 februari vond in de Tweede Kamer de plenaire behandeling plaats van de wijziging van de Mijnbouwwet met aanpassingen van het vergunningstelsel voor het opsporen en winning van aardwarmte. In het debat stonden de risico's van winning van aardwarmte (geothermie) voor de drinkwatervoorziening centraal.
In het debat werd het belang van de winning van aardwarmte onderschreven, maar sprak een breed spectrum van partijen ook nadrukkelijk zorg uit over de risico's die de winning van aardwarmte op kan leveren voor het grondwater en de drinkwatervoorziening. Daarbij werd geregeld verwezen naar de zorgen die vanuit de drinkwatersector waren ontvangen, maar ook naar de recente behandeling van het rapport van de Algemene Rekenkamer 'Bescherming drinkwater bij het boren naar aardwarmte' en de door Staatstoezicht op de Mijnen opgestelde evaluatie van de aanbevelingen uit de 'Staat van de sector geothermie'.
Het debat leidde tot diverse voorstellen tot aanpassing van het wetsvoorstel. De Kamerleden Erkens (VVD) en Grinwis (Christen Unie) dienden een amendement in dat regelt dat gebieden die zijn aangewezen of gereserveerd voor de drinkwatervoorziening niet mogen worden doorboord voor het opsporen en/of winnen van aardwarmte. Hierbij werd overigens aangegeven dat het van buiten schuin boren ónder die gebieden weer wel mogelijk moet blijven. Meerdere partijen spraken steun uit voor dit amendement. De Staatssecretaris voor Mijnbouw sprak zich eveneens positief uit over dit amendement en wacht hierover het oordeel van de Kamer af in de stemmingen.
Ook een amendement van Kamerlid Erkens van de VVD, dat regelt dat in een startvergunning voor aardwarmte voorschriften of beperkingen voor boorgaten gesteld kunnen worden, kreeg een positieve ontvangst van de staatssecretaris en een groot aantal van de andere partijen. Beoogd wordt om hiermee regels te kunnen stellen voor een juist ontwerp en materiaalgebruik waarmee het risico op lekkage en corrosie worden geminimaliseerd. Enkele partijen gaven daarbij aan de door de geothermiesector opgestelde vrijwillige 'Industriestandaard' hiermee wettelijk bindend te willen maken.
In het debat was verder aandacht voor de adviesrol van provincies bij mijnbouwwetvergunningen, waarbij de staatssecretaris aangaf dat als het gaat om grondwater voor drinkwater hij de adviezen van provincies als bindend beschouwt. Met een amendement van Kamerlid Boulakjar van D66 wordt geregeld dat ook de minister van IenW een stem krijgt in de besluitvorming wanneer er sprake is van afwijking van de advisering van provincies, voor zover dit gaat over grondwater voor de drinkwatervoorziening. Ook dit amendement werd door de staatssecretaris positief ontvangen.
Tot slot werd door de Kamerlid Beckerman van de SP een amendement ingediend dat financiële zekerstelling bij de initiatienemers voor aardwarmte regelt voor schadeherstel wanneer grondwater of de bodem wordt verontreinigd door de opsporing en winning van aardwarmte. Beoogd wordt daarmee ook zekerstelling te regelen voor eventuele schade voor drinkwaterbedrijven.
Stemming over de ingediende amendementen vindt naar verwachting in de week van 21 februari plaats.
Op 9 november jl. organiseerden Natuurmonumenten, Natuur & Milieu en Vewin een masterclass voor Tweede Kamerleden en fractiemedewerkers over de Kaderrichtlijn Water. Aanleiding voor de Masterclass is het Wetgevingsoverleg Water op 21 november, waar de Tweede Kamerleden met minister Harbers (IenW) zullen spreken. Een onderwerp dat bij waterbeleid hoog op de agenda staat is het bijtijds halen van de doelen van de Kaderrichtlijn Water. Immers, de deadline van 2027 is behoorlijk dichtbij.
Hans Bolscher en Peter van der Velden over geothermie en drinkwater. De koepelorganisaties waar Hans Bolscher en Peter van der Velden voorzitter van zijn – respectievelijk Geothermie Nederland en Vewin – staan met hun branche voor een grootschalige transitie. Met welke opgaven hebben zij te maken en hoe verhouden de belangen van hun sectoren zich tot elkaar?
De zorgplicht voor de openbare drinkwatervoorziening moet actief worden ingevuld bij de uitwerking van water en bodem sturend in de provinciale gebiedsprogramma’s.