Prof. dr. ir. Katrien Termeer is hoogleraar bestuurskunde aan de WUR – Wageningen Universiteit en Research. Samen met haar team onderzoekt zij innovatieve vormen van governance voor complexe maatschappelijke uitdagingen zoals duurzaamheid, voedselzekerheid, biodiversiteit en klimaatverandering. Hoe ziet zij het verband tussen de watertransitie en de andere grote opgaven van dit moment?
Termeer onderzoekt het ontstaan van nieuwe sturingsarrangementen, variërend van lokale coöperaties tot mondiale ronde tafels. Haar visie is dat kleine, betekenisvolle stappen – small wins – uiteindelijk tot ingrijpende transities kunnen leiden. Klimaatverandering stuurt transities. Meerdere transities vechten momenteel om de politieke en bestuurlijke aandacht in Nederland, in gang gezet door het besef dat er fundamentele veranderingen nodig zijn om leven op onze planeet duurzaam en eerlijk mogelijk te maken. Voortvloeiend uit de klimaatverandering gaat het vooral om transities op het gebied van energie, landbouw, biodiversiteit, klimaatadaptatie en circulaire economie.
Hoe kijkt u aan tegen deze grote veranderingen in relatie tot het watersysteem?
‘Al deze transities raken het watersysteem. Als schaarse hulpbron, als ordenend principe of als bron van overlast. Maar de verbindingen met water kunnen wel onderling conflicterend zijn. Het is vrij nieuw om in samenhang na te denken over dit soort grote veranderingen. Ze worden tot nu toe nogal los van elkaar aangepakt, via verschillende programma’s van verschillende ministeries. Wij onderzoeken nu methoden om dit integraler aan te vliegen en zo synergie en meekoppelkansen te creëren, zonder negatieve bijeffecten.’
Transformatieve veranderingen
Termeer: ‘Ik wil trouwens wel waarschuwen voor overmatig gebruik van het woord ‘transitie’. Het gaat bij een transitie niet om ‘een beetje beter binnen hetzelfde systeem’, maar echt om wezenlijke veranderingen van structuren, culturen en praktijken. Veranderingen waarbij het ook gaat om andere waarden en identiteiten, maar waarbij er nog geen exact beeld van het einddoel is (behalve een stip op de horizon), noem ik transformatief. Het sturen van deze veranderingen is nog complexer dan bij transities.’
Betere samenwerking
Een belangrijk onderwerp is betere samenwerking tussen de betrokken overheden, zowel landelijk als regionaal en plaatselijk. Nu zijn de verschillende thema’s nog belegd bij verschillende ministeries: energie en klimaat bij EZK, circulaire economie en water bij IenW, landbouw en biodiversiteit bij LNV. Termeer: ‘Er moeten wel dingen veranderen, dus er is niet alleen nieuw beleid nodig, maar ook een andere inrichting en cultuur van de betrokken overheidsorganisaties. ‘Als je blijft doen wat je deed, krijg je wat je kreeg’ gaat ook hier op.’
Water verbindt
Hoe ziet u de relatie tussen de watertransitie die de waterschappen en drinkwaterbedrijven bepleiten en de landbouwtransitie?
Termeer: ‘Een watertransitie heeft allerlei raakvlakken met andere transities, met name klimaat, landbouw, energie, biodiversiteit en circulaire economie. Dat hebben de waterschappen en de drinkwaterbedrijven goed gezien in hun pleidooi ‘Water verbindt’. Door te zoeken naar concrete verbindingen kun je elkaar versterken. Dat kan zowel over waterkwaliteit gaan, als over waterkwantiteit. Bij klimaatadaptatie is water een belangrijke ordenende factor, net als bij landbouw. Maar als functies water moeten volgen, zullen bepaalde dingen niet meer kunnen zoals ze vroeger gebeurden. Dan moet je er wel voor zorgen dat de belangen van alle betrokken partijen geborgd zijn en dat je niemand uitsluit. Ook mogen de lasten en de kosten niet op het bordje van één partij terechtkomen.’
Small wins
‘Ons onderzoek toont aan dat je de verbindingen tussen de verschillende transities wel praktisch moet houden. Wanneer je alles met alles wilt verbinden, kan dat verlammen en vertragen. Daarom pleiten wij voor het bottom-up ontwikkelen van ‘small wins’: kleine, betekenisvolle stapjes met tastbare resultaten, op de snijvlakken van de verschillende thema’s. Je kunt dan denken aan de eerste energiecoöperatie in de energietransitie, een kringloopboerderij in de landbouwtransitie of een ‘repair café’ bij de circulaire transitie. Kleine voorbeelden, die wel veel barrières hebben overwonnen en zaadjes kunnen zijn voor grotere transformatieve veranderingen.’
Zoeken naar mogelijkheden
Welke uitdagingen ziet u bij de ‘watertransitie’, wat zou u de watersector adviseren?
Termeer: ‘Je moet het echt concreet houden, anders wordt het luchtfietserij. Bovendien zijn kleine veranderingen vaak sneller te realiseren dan enorme, veelomvattende bewegingen. Small wins zijn ook interessant omdat er veel energie en betrokkenheid zit bij dit soort initiatieven. Het moet wel om diepgaande veranderingen gaan, niet om het laaghangende fruit. En je moet oppassen voor ‘eeuwige pilots’: als iets niet lukt, moet je stoppen en het op een andere manier proberen. Maar als het wél lukt, dan meteen doorpakken en ophouden met pilots! En zoeken naar mogelijkheden, niet naar barrières!’
Zelf ook bewegen
Termeer: ‘Transities vergen altijd een verandering in de eigen organisatie: ook daar moeten waterschappen en drinkwaterbedrijven zich rekenschap van geven. Ze moeten bereid zijn om zelf te bewegen: het gaat altijd om samenwerking met andere partijen, met andere ideeën en belangen. Ik zou ervoor waken om te veel op de ‘eigen’ transitie te gaan zitten.’
Burgers betrekken
‘Een ander essentieel punt is het betrekken van burgers bij de transformatie of de transitie. Als je dat niet vanaf het begin doet, gaat er op den duur draagvlak ontbreken. Bovendien heb je burgers nodig voor creativiteit en initiatief: ze hebben vaak heel goede ideeën of zelfs al praktische initiatieven ontwikkeld.