CD VTH-stelsel
Standpunt - 4 december 2024
De brief van de minister en staatssecretaris van IenW en de minister van VWS voor het Commissiedebat PFAS en Gezondheid van 2 februari 2023, met daarbij gevoegd het RIVM rapport “PFAS in Nederlands drinkwater vergeleken met de nieuwe Europese Drinkwaterrichtlijn en relatie met gezondheidskundige grenswaarde van EFSA”, onderstreept de zorgen van de Nederlandse drinkwaterbedrijven over PFAS in het milieu en de noodzaak van een ambitieuze bronaanpak.
De drinkwatersector vindt dat stoffen als PFAS in het geheel niet thuishoren in het milieu en in de bronnen voor drinkwater, grond- en oppervlaktewater. De drinkwatersector en de waterschappen pleiten voor een Europees totaal verbod van PFAS omdat ze slecht afbreken en daardoor in het milieu opstapelen. Vewin waardeert de Nederlandse inzet voor een zo breed mogelijk Europees verbod van alle PFAS via REACH en vooruitlopend hierop het nationaal verbod op het gebruik van PFAS in en op voedselcontactmaterialen. Vewin pleit ervoor het Europese verbod zo breed mogelijk in te vullen en te verkennen welke aanvullende nationale maatregelen mogelijk zijn.
Maak inzichtelijk op welke wijze invulling wordt gegeven aan de inzet voor een “zo breed mogelijk” Europees verbod. Wat is zo breed mogelijk?
Verken welke (wettelijke) maatregelen, naast het verbod op PFAS in voedselverpakkingen, nationaal genomen kunnen worden om de inname van PFAS te beperken vooruitlopend op het Europese verbod van PFAS via REACH.
PFAS komen bij de mens binnen via voedsel (vis, vlees, groenten, etc.), verpakking, kleding, cosmetica, lucht en drinkwater. Helder is dat de totale inname naar beneden moet. Het voorgenomen onderzoeksprogramma van RIVM: “Hoe kan de PFAS-blootstelling in Nederland verlaagd worden” moet hierin een belangrijke rol vervullen.
Beschouw in het voorgenomen RIVM onderzoek álle innameroutes van PFAS met het oog op effectieve maatregelen om de totaalinname van PFAS te verlagen. Neem in de uitwerking in ieder geval een voortvarende bronaanpak als uitgangspunt mee;
Baseer besluitvorming over maatregelen, die een ambitieuze bronaanpak kunnen aanvullen, op volledig inzicht in alle verschillende innameroutes en mogelijke maatregelen.
Vanzelfsprekend is de drinkwatersector ondertussen bezig om het afgesproken meetprogramma uit te voeren en waar mogelijk haar bedrijfsvoering te optimaliseren om PFAS in drinkwater verder te verlagen en wordt er onderzoek verricht naar de mogelijkheden om PFAS te verwijderen via verschillende technologieën.
De drinkwaterbedrijven zijn blij met het besluit om per direct vergunningen voor lozingen van PFAS streng te toetsen. Hier is nationaal snel resultaat te boeken. Recent onderzoek* van KWR naar de aanwezigheid van PFAS in de Maas tussen Luik en de Biesbosch suggereert namelijk dat 50% van de PFAS in de Maas uit Nederland zelf komt. Vewin steunt daarom deze aanpak en verbindt graag een planning en een einddatum aan deze urgentie.
Bevestig dat naast nieuwe ook alle bestaande PFAS lozingen per direct en met urgentie getoetst worden aan de nieuwe richtwaarde van 4,4 ngPFOA Equivalenten/l en dat vergunningen waar nodig herzien worden. Verbind hieraan een einddatum van 2023.
Uitvoering van de herziening van de vergunningen van lozingen wordt in de brief gekoppeld aan het lopende traject rond de aanpak van lozingen van Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS). Vewin maakt zich zorgen over de uitvoering, snelheid en effectiviteit hiervan. Uit het recente rapport “Evaluatie ZZS-emissiebeleid 2016-2021” wordt helder dat de bevoegde gezagen, en dan met name de omgevingsdiensten, heel beperkt zicht hebben op ZZS lozingen, en dan vooral de lozingen die niet-vergunningplichtig zijn maar onder algemene regels vallen. Ook het antwoord van staatssecretaris Heijnen van 21 oktober 2022 dat ze niet tegemoet kan komen aan het verzoek van de Tweede Kamer om informatie over de uitstoot van Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) door bedrijven, bevestigt dit beeld. Het is dus zeer de vraag of op deze wijze PFAS lozingen over de volledige breedte daadwerkelijk snel zullen worden beperkt. De casus van 3M bij de Westerschelde leert dat dit niet alleen nationaal, maar ook internationaal actie vraagt.
Geef aan op welke wijze de regering uitvoering gaat geven aan de door de Tweede Kamer aangenomen motie rond de aanpak van de lozingen van PFAS over de volle breedte; dus niet alleen de lozingen die onder de vergunningplicht vallen, maar ook die onder algemene regels vallen.
Spreek met de buurlanden in het stroomgebied van Rijn, Maas en Schelde af om ook daar zo snel mogelijk alle directe én indirecte lozingen van PFAS op oppervlaktewater te identificeren en te minimaliseren via vergunningverlening.
Vanuit de Europese Commissie ligt er een voorstel om PFAS in oppervlaktewater en grondwater streng te normeren op 4,4 nanogramPFOA equivalenten (PEQ). Dat spoort met de door Vewin bepleite voortvarende bronaanpak. In de BNC-fiche wordt toegelicht dat ook het kabinet deze aanpak onderschrijft, maar wordt tegelijkertijd gepleit voor ‘duidelijke en haalbare termijnen’. Uit de ook gepubliceerde beslisnota blijkt dat het kabinet de realisatietermijn wil laten duren tot 2045. Vewin leest hierin een gebrek aan ambitie. Natuurlijk kost het tijd voordat bronmaatregelen effect sorteren. Des te belangrijker is het dat concrete en ambitieuze afspraken worden gemaakt over het op korte termijn treffen van de maatregelen die uiteindelijk moeten leiden tot doelbereik. Vewin pleit er daarom voor dat vóór 2027 de acties genomen worden die (aantoonbaar) leiden tot doelbereik.
Identificeer én implementeer vóór 2027 alle acties die leiden tot het voldoen aan de voorgestelde normering. Pleit hier ook Europees voor.
* KWR Rapport – Statistische analyse PFAS-concentraties in de Maas
Verder lezen? Vewin biedt meer informatie over dit onderwerp. Klik hiernaast om naar een gerelateerde pagina te gaan.