‘De maakbaarheid van ons landschap is eindig: water en bodem moeten echt leidend worden bij ruimtelijke ordening.’
Niko Wanders is universitair docent Hydrologie aan de Universiteit Utrecht, en maakt deel uit van het onderzoeksthema Pathways to Sustainability. Zijn werk richt zich op extreme hydrologische gebeurtenissen. Daarbij kijkt hij naar hoe deze de samenleving beïnvloeden én hoe klimaatverandering invloed heeft op de frequentie waarmee deze situaties voorkomen. Hoe vindt hij dat we ons watersysteem optimaal kunnen inrichten vanuit hydrologisch oogpunt? En wat moet daarvoor veranderen?
Wanders: ‘De extremen die we de afgelopen jaren in ons weer zien, geven duidelijk aan dat we aan de grenzen van de maakbaarheid van ons watersysteem zijn beland. Er is een omslag nodig: van snel water afvoeren naar zo veel mogelijk water vasthouden. Aan de aanbodzijde zullen we lokaal meer water moeten bergen om zo de weerbaarheid te vergroten. En aan de vraagzijde moeten we proberen de watervraag niet meer te laten groeien of zelfs te laten afnemen.’ ‘Daarbij is het belangrijk om de fysieke oplossingen te integreren met de beleidsmatige kant, de governance. Technisch is immers veel mogelijk, maar er moet wel bestuurlijk draagvlak zijn. Tegelijkertijd moeten de oplossingen uit de pilotfase worden gehaald en flink opgeschaald worden. Er is geen tijd te verliezen, anders worden we rechts ingehaald door de klimaatverandering. Een eenvoudige uitbreiding van een bestaande waterwinning kost jaren, laat staan projecten met nieuwe concepten of technieken, zoals omgekeerde drainage of het Panorama Waterland-concept zoals ontwikkeld door Vitens. Terwijl de problemen zich nu al voordoen! Ik maak me zorgen over de lange doorlooptijden die in ons land nodig zijn om veranderingen te realiseren; dat staat een watertransitie echt in de weg.’ ‘De landschappelijke inrichting van ons land moet op de schop. Het mooiste zou zijn als we bepaalde gebieden kunnen bestemmen voor één toepassing: drinkwatervoorziening, industrie, landbouw of natuur. Maar ik ben bang dat Nederland daar al te vol en te versnipperd voor is. Tegelijkertijd zullen we wel keuzes moeten gaan maken in gebruiksfuncties, op weg naar een klimaatrobuust landschap. Eén boer midden in een natuurgebied is niet meer houdbaar, net zo min als een drinkwaterwinning in een binnenstad. Het probleem is inmiddels zó groot dat adaptatie, transformatie en mitigatie hierbij hand in hand moeten gaan, om snel resultaten te kunnen boeken.’
Welke mogelijkheden bestaan er om het grondwaterpeil te verhogen?
Wanders: ‘De schade door de droogte is een direct gevolg van de inrichting van ons watersysteem. Dat is in de basis gemaakt om water af te voeren. Kleine ingrepen in dit systeem – zoals peilopzetten of een skippybal in een duiker – zetten geen zoden aan de dijk, je moet het echt grondig omgooien. Je zou eens naar andere landen kunnen kijken, zoals Spanje, Australië, of de staat Californië. Daar is men al veel langer bezig met het vasthouden van water. Tegelijkertijd is de Nederlandse situatie wel erg specifiek, dus we zullen echt ook zelf kennis moeten ontwikkelen en stappen moeten nemen. Als we er met z’n allen de schouders onder zetten, twijfel ik er niet aan dat we ook op dit waterthema voorop kunnen lopen. En er een verdienmodel van kunnen maken!’ ‘Op lokale schaal – met name in het westen van het land – zijn er mogelijkheden voor technische oplossingen zoals omgekeerde drainage of regenwaterinfiltratie. Maar op de hoge zandgronden in het zuiden en oosten van het land is dat niet voldoende. Daar zul je echt structureel aan de slag moeten met het verhogen van het grondwaterpeil. Dat betekent ingrijpen in de haarvaten van het systeem: de bovenstrooms gelegen beekdalen. Hier moeten sloten worden gedempt, beken worden gehermeanderd en moet landbouw minder afhankelijk van grondwater gemaakt worden. Boeren hebben inmiddels van de droogte ’s zomers meer last dan van nattigheid in het voorjaar. Bovendien wordt het groeiseizoen door de klimaatverandering steeds langer. Dus het argument dat het grondwaterpeil omlaag moet omdat de boeren in het voorjaar snel het land op willen, snijdt steeds minder hout.’
Brondiversificatie
‘Een mogelijke lokale oplossing is ook ‘Panorama Waterland’, waar bijvoorbeeld Vitens actief mee bezig is. Hierbij wordt in het gebied rondom een bestaande grondwaterwinning zo veel mogelijk water geïnfiltreerd, om het grondwater duurzaam aan te vullen en zo meer balans te brengen in onttrekking en infiltratie. Daarvoor moeten de grondwaterbeschermingsgebieden wel groter worden en strengere gebruikseisen krijgen.’ ‘Daarnaast is brondiversificatie voor drinkwaterbedrijven steeds belangrijker: naast de bestaande bronnen oppervlakte- en grondwater zullen zij ook meer moeten gaan kijken naar regenwater, brak water, hergebruik van afvalwater, enzovoort. Ook waterbesparing is een goede manier om het systeem klimaatrobuuster te maken, net zoals het wettelijk toestaan van het gebruik van grijs water voor bepaalde toepassingen.’
Wat betekent ‘water en bodem zijn sturend’ volgens u?
Wanders: ‘We moeten de landschapsfuncties aanpassen aan de mogelijkheden van de natuurlijke situatie: wat is er aan water beschikbaar en wat laat de bodem toe? Een nieuwe wijk in slappe grond op 7 meter onder zeeniveau kan echt niet meer. Bij alle grote transities van dit moment – energie, landbouw, woningbouw – moeten waterbeschikbaarheid en bodemgesteldheid leidend zijn.’