Drinkwatersector positief over besluit WACC 2025 – 2027
Nieuws - 25 oktober 2024
​De minister van Infrastructuur en Water (IenW) moet volgens Vewin snel een besluit nemen om de WACC (wettelijk vastgestelde vermogenskostenvoet) voor de drinkwaterbedrijven niet verder te laten dalen. De minister moet daarom zo spoedig mogelijk besluiten tot bevriezing van de huidige WACC in de komende twee jaar. Voor de langere termijn zal een structurele oplossing nodig zijn.
Volgens het vandaag door de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) gepubliceerde rapport ‘Financierbaarheid investeringsopgave drinkwaterbedrijven’ bieden de huidige regels voldoende ruimte voor de investeringen die de drinkwaterbedrijven moeten doen. Deze investeringen zijn nodig om hun productie- en distributievoorzieningen flink te moderniseren, om zo ook in de toekomst schoon en betaalbaar water te kunnen produceren. Volgens de ILT kunnen Nederlandse drinkwaterbedrijven deze noodzakelijke investeringen financieren binnen de huidige regels van de WACC. In de visie van Vewin heeft de ILT een juiste probleemanalyse gemaakt, maar trekt de ILT onjuiste conclusies. Volgens Vewin is de ILT onvoldoende doordrongen van de (externe) oorzaken van de problematiek en legt men daardoor voor zowel de korte als de lange termijn te veel focus op slechts beperkte oplossingen binnen de huidige systematiek en regelgeving. De problematiek vraagt volgens Vewin om een fundamentele herbeschouwing in het licht van de huidige omstandigheden en de investeringsopgave van de drinkwatersector. Om aan de fors stijgende investeringsopgaven te kunnen voldoen, moeten de drinkwaterbedrijven immers meer inkomsten genereren mede gelet op de aanscherpingen van de regels door de (inter)nationale kapitaalmarkt. De huidige WACC-limiet, die bepaalt hoeveel vermogenskosten (eigen en vreemd vermogen) de drinkwaterbedrijven in hun tarieven mogen doorberekenen aan de klant, belemmert dat.
De ILT suggereert echter dat met beperkte aanpassingen binnen de huidige regelgeving oplossingen gevonden kunnen worden. De minister lijkt die lijn te volgen en heeft inmiddels enkele voorstellen gedaan. De voorgestelde wijzigingen van de WACC-regelgeving in de Drinkwaterwet en het Drinkwaterbesluit worden weliswaar positief beoordeeld door de drinkwatersector, maar Vewin benadrukt dat deze wijzigingen niet voldoende zijn om de financieringsproblemen van de sector structureel op te lossen. De voorgestelde wijzigingen bieden namelijk onvoldoende zekerheid dat de WACC op het niveau kan worden vastgesteld dat ruimte biedt voor het genereren van voldoende inkomsten voor de stijgende investeringen van de sector. Volgens Vewin is om de drinkwatervoorziening voor de toekomst veilig te stellen meer nodig om beter rekening te houden met de werkelijke financieringswereld waarmee de drinkwaterbedrijven moeten werken. Als de WACC-regelgeving niet wordt aangepast, is de sector genoodzaakt om in de jaren 2022-2029 ca. €1,1 miljard netto minder te investeren, op een totaal investeringsbedrag van ca. 7 miljard. Dit terwijl het gaat om noodzakelijke investeringen om de wettelijke taken en de leveringsplicht van de drinkwaterbedrijven te garanderen. Dit vraagt volgens Vewin om een structurele oplossing die de drinkwaterbedrijven in staat stelt de investeringen te financieren.
Vewin stelt dat het, in het licht van de huidige omstandigheden en de investeringsopgave die voor ons ligt, verstandig is om de WACC-regelgeving voor de drinkwatersector te onderwerpen aan een fundamentele heroverweging. Al bij de introductie van de WACC is er door de minister van het voormalige ministerie van VROM, in een door onderzoeksbureau SEOR in opdracht van de minister opgesteld rapport, op gewezen dat het risico bestaat dat de WACC ervoor kan zorgen dat er onvoldoende ruimte is om te investeren. Juist dit probleem doet zich nu voor als gevolg van de lage WACC in combinatie met de noodzakelijke schaalsprong in de investeringen.
De minister geeft in de brief aan de Tweede Kamer aan pas in september een besluit te nemen over eventuele verlenging omdat de bevoegdheid nog niet is geëffectueerd door instemming van de Eerste Kamer. Vewin betreurt dat dit besluit niet met meer urgentie genomen wordt en benadrukt dat het van belang is dat de drinkwaterbedrijven op zo kort mogelijke termijn na instemming van de Eerste Kamer -nu voorzien voor eind mei- zekerheid krijgen over het WACC percentage voor de 2022-2023. Een besluit tot verlenging kan niet wachten tot september omdat de drinkwaterbedrijven ruim voor die tijd hun (investerings)begrotingen en tariefvoorstellen dienen voor te bereiden.