CD Ruimtelijke Ordening 2 oktober 2024
Standpunt - 25 september 2024
Op basis van de Nitraatrichtlijn mag de nitraatconcentratie in grondwater de grens van 50 mg/l niet overÂschrijden. Volgens de Grondwaterrichtlijn – waarin de grondwateraspecten van de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) worden gespecificeerd – is de nitraatnorm van 50 mg/l specifiek van toepassing voor grondÂwaterbeschermingsgebieden.
Uit het rapport De gevolgen van mestgebruik voor drinkwaterwinning van KWR (2016), blijkt echter dat bemesting tussen 2000 en 2015 in 89 grondwaterwinningen heeft geleid tot normoverschrijdingen van nitraat, hardheid, sulfaat en nikkel. Het RIVM concludeerde in 2017 dat bij ongewijzigd beleid in tientallen grondwaterbeschermingsgebieden de nitraatconcentratie in het ondiepe grondwater in 2026-2030 naar verÂwachting de norm van 50 mg/l dicht zal benaderen of overschrijden. Het RIVM verwachtte de meeste overschrijdingen van de norm bij kwetsbare grondÂwaterwinningen in agrarische gebieden op de zand- en lössgronden van de zuidelijke en oostelijke proÂvincies.
In het 6e actieprogramma Nitraatrichtlijn (6e NAP) wordt erkend dat het beleid van opeenvolgende actieÂprogramma’s niet garandeert dat de nitraatnorm wordt gehaald in alle gebieden waar grondwater wordt gewonnen voor de productie van drinkwater. Extra inzet is nodig voor de grondwaterbeschermings-gebieden waar kwaliteitsproblemen dreigen. Hiervoor is eind 2017 een bestuursovereenkomst gesloten tussen rijksoverheid, provincies, landbouwbedrijfsleven en drinkwaterbedrijven. Op basis van deze overeenkomst hebben de regionale partijen uitvoeringsovereenkomsten gesloten voor 34 grondwater-beschermingsgebieden om hier een vermindering van de nitraatuitspoeling te realiseren. Doel is om op gebiedsniveau blijvend aan de nitraatnorm van 50 mg/l te voldoen. De regionale uitvoerings-overeenkomsten moeten de komende maanden concreet inhoud krijgen; hierbij gaat het o.a. om het afspreken van maatregelen en om het realiseren van voldoende deelname van boeren.
Conform aangegeven in het 6e NAP zal uiterlijk 30 juni 2019 besloten worden of de afgesproken maatregelen en de deelnamepercentages van de landbouwsector naar verwachting voldoende zijn om de doelen van de overeenkomst te kunnen halen. Mocht in een of meerÂdere gebieden onvoldoende perspectief zijn op doelbereik, dan zullen door het ministerie van LNV verplichte maatregelen worden opgelegd gedurende de looptijd van het 6e NAP.
Het ministerie van LNV is eindverantwoordelijk voor het halen van de nitraat- en KRW-doelen, en moet daarom een regierol vervullen bij de monitoring van de voortgang van de bestuursovereenkomst en – wanneer dit nodig is – bij eventuele bijsturing en tijdige besluitvorming over verplichte maatregelen.
Zorg ervoor dat tijdig helder is welk wettelijk instrumentarium het meest geëigende kader biedt, wanneer het nodig is maatregelen juridisch verplicht te stellen.
Het is cruciaal dat de nitraatconcentraties in de 34 grondwaterbeschermingsgebieden zo snel mogelijk, maar uiterlijk gedurende de looptijd van het 7e NAP, onder de norm van 50 mg/l zullen zijn, en dat er aan de KRW-doelen wordt voldaan (voor alle stoffen gerelateerd aan mestgift). Dat laat overigens onverlet dat ook in alle andere grondwaterbeschermingsgebieden de doelen van de KRW moeten worden gehaald: dit betekent geen achteruitgang en op termijn verbetering van de waterkwaliteit. Verder is de drinkwater-sector voorÂstander van een integrale benadering en een duurzame relatie tussen landbouw en waterwinning. Waar mogelijk en relevant dient de aanpak van de nitraatproblematiek daarom met andere vraagstukken, bijÂvoorbeeld op het gebied van gewasbeschermingsmiddelen, te worden gecombineerd.
Zorg dat het mestbeleid bijdraagt aan het halen van de KRW doelen in alle gebieden waar water wordt gewonnen voor drinkwaterproductie.
Verder lezen? Vewin biedt meer informatie over dit onderwerp. Klik hiernaast om naar een gerelateerde pagina te gaan.